Historiek van de BZYC
Sophie Cools 2001
Enkele zeilvrienden aan de
Damse Vaart
Ingezonden door Sophie Cools 2001
De eerste documenten en interviews i.v.m. de B.Z.Y.C. brengen ons zo'n goede 35 jaar terug in de tijd, nl. naar 1966. Toen reeds kwamen zo'n 100-tal zeilvrienden geregeld samen langs de Damse Vaart, een door Napoleon gekanaliseerde waterverbinding tussen Brugge en Sluis, die zo de doorgang naar de Schelde mogelijk maakt.
Hun clubhuis, het
"Meiliedje", op de hoek van de Karel van Manderstraat was een oude smidse met alles erop en eraan. Men beschikte
toen reeds over een open haard, tof interieur, een muziekinstallatie en
natuurlijk over talrijke smidmaterialen als aambeelden, hamers, lucky
hoefijzers en een authentieke blaasbalg. Enkel een bar ontbrak, maar
daar werd ook een mouw aan gepast. Zeilfanaten als men was, liet men een
oud zeilbootje dienst doen als bar, waarbij de kuip ideaal bleek als
spoelbak.
In 1966 werden reeds de eerste zeilwedstrijden in Brugge
gehouden, en dit onder organisatie van de - reeds toen zo genoemde -
B.Z.Y.C.. Dit laatste vergt natuurlijk enige correctie, daar in die tijd
'sportclub' met een 'k' geschreven werd, dus luidde de naam Brugse Zeil
en Yacht Klub. Als we er enkele foto's en artikels op naslaan zien we
verscheidene bootjes en hun kapiteins en fokkenmaat de Damse Vaart, een
5km lang en zeer smal vaarwater, afvoeren.
Foto's: https://photos.app.goo.gl/gp4CyGVuKdz5dCKX7
Onder de deelnemende
boten vonden we o.a. 505's, Fireballs, Vauriens, 420's en Hornets terug;
één voor één boten van de kleinere soort. Als anekdote kunnen we dan
ook gerust vertellen dat er zelfs een ietwat grotere boot 'El Tigre' op
een bepaald moment zijn wedstrijd heeft moeten stopzetten, wegens een te
hoge mast en zodoende niet onder de elektriciteitsdraden door te
kunnen. Dit alles gebeurde onder het toeziend oog van starter Hugo
Vrielynck (medestichter van de BZYC) en als assistent starter Jozef
Verleye. Deze laatsten moesten er op toezien dat de start correct
verliep, wat niet evident is op een vaarwater van slechts enkele meters
breed en tijdens een wedstrijd met een twintigtal boten. Daarnaast
controleerden zij ook tijdens de wedstrijd of alle boeien en keerpunten
genomen werden, of de voorrangsregels in acht werden genomen en of er
niet vals gespeeld werd. Ook leuk om te weten is dat het startsein van
dergelijke competities steeds met een authentiek kanon werden gegeven.
De
B.Z.Y.C. fungeerde in die tijd voornamelijk als zeilschool (i.p.v.
zeilclub) naast zijn belangrijke rol als organisator van de
zeilwedstrijden. Dat sommige B.Z.Y.C.-leden dan ook al gauw successen
boekten is niet verwonderlijk, want wie op de Damse vaart leerde zeilen
weet wel wat overstag gaan is! Als voorbeeld hierbij zagen we hoe Philip
en zus Lina Moulaert in hun Fireball de eerste door de B.Z.Y.C. (als
officiële v.z.w.) georganiseerde nationale wedstrijd, in de Brugse
haven, wonnen.
Maar deze wedstrijden en zeilavonturen waren niet de
enige en meest voorkomende evenementen binnen het clubgebeuren; er werd
ook veel belang gehecht aan de uurtjes op het droge. Het
hoofdbestanddeel van al deze randactiviteiten was - zoals verwacht, en
eveneens nog steeds cruciaal in het hedendaagse zeilgebeuren -
natuurlijk plezier maken. Hierbij enkele voorbeelden ter illustratie.
Misschien
wel een toenmalig volksspel: de deelnemers moeten van op de oever (of
ongelukkigen misschien van in het water) zo vlug mogelijk een emmer
vullen met water uit de Damse vaart, en dit door gebruik te maken van
een bierglas. Daarbij werd natuurlijk wel een extra moeilijkheid
ingevoerd, want telkens als je de emmer vulde moesten er 20 rondjes rond
gelopen worden alvorens verder te gaan.
Over 'den Damsche' werd
een kabel gespannen waarover men naar de overkant moest kruipen, alwaar
men een "pisseblomme" moest plukken, die moest herkauwen om genoeg
kracht te hebben voor de terugtocht. Dit natuurlijk nooit zonder dat de
toeschouwers aan het touw staan te trekken en slingeren.
In het
clubhuis werden natuurlijk ook de nodige feestjes voltrokken, en als er
dan al eens bier te kort was (want vaten kende men toen nog niet) kon
men bij de bierhandelaar om de hoek te rade.
Het is dus duidelijk
dat in het begin veel afgelachen werd en de B.Z.Y.C. bestond uit één
grote, hechte vriendengroep. Van ruzies heb ik niets opgevangen of
kunnen lezen. Als je de (oud-)leden vraagt naar die periode mag je
algauw enkele uurtjes uittrekken daar men er zeer graag op terugkijkt en
er goede herinneringen aan over heeft gehouden.
De B.Z.Y.C. eindelijk als vzw
Op
tien december 1970 wordt de B.Z.Y.C. officieel als v.z.w. gesticht,
waarbij ook de nodige statuten worden vastgelegd. Deze statuten worden
doorheen de jaren wel aangepast en ook verschijnt bij elke nieuwe
benoeming m.b.t. de raad van bestuur (en beheer?) een bericht in de
bijlagen tot het Belgisch Staatsblad.
De B.Z.Y.C. huisvestigt zich
aan de Louis Couiseaukaai 11tris, te Brugge. De "nu" Lodewijk
Couiseaukaai bevindt zich langs het Boudewijkanaal in de achterhaven.
Dit terrein, vroeger een opslagplaats voor butaangasflessen van de firma
Desmedt, werd door de B.Z.Y.C. aan een lage prijs gehuurd aan de stad
Brugge. De reden waarom die prijs zo laag was is dat door de volledige
lengte (zo'n 100m) van het terrein een, toen nog bereden, spoorweg lag.
Eens het terrein in handen, werd natuurlijk eerst werk gemaakt van de
slipway, zodoende de boten in het water te kunnen laten, waarna werk
werd gemaakt van de bouw van het clubhuis.
Net zoals in vele
zeilclubs, kan niet iedereen lid worden van de B.Z.Y.C.. De
kandidaat-leden moeten een - gemotiveerde - aanvraag indienen,
voorafgegaan door de gemotiveerde steun van twee peters of meters,
waarvan minstens één lid van het bestuur, die dan voorgelegd wordt aan
het bestuur en bij aanvaarding zal de kandidaat een
overschrijvingsbulletin overhandigd worden. Zo geldt diezelfde procedure
voor het lid worden, als club dan, van de Landelijke Bond voor
Watersportverenigingen in België. Ook hier geldt het principe dat men de
kandidatuur door twee meters of peters, twee actieve leden, gemotiveerd
moet laten steunen (Bijlage tot het Belgisch Staatsblad, 9 maart 1978).
De B.Z.Y.C. is aangesloten bij de KBYV(Koninklijke Belgische Yacht
Vereniging), die als overkoepelingorganisatie onder andere de LBWB en nu
de VYF (Vlaamse Yachting Federatie) in zijn rangen sluit, met als
stamnummer 43.
Ook vindt elk jaar een statutaire vergadering plaats waarop het bestuur een verslag van de activiteiten voorlegt.
Ik
heb de plaats niet, doch wel de bijna volledige documentatie, ter
beschikking om een volledig overzicht te geven van de verschillende
besturen doorheen de jaren. Toch vind ik het in dit opzicht wel geschikt
een opsomming van de past voorzitters te geven.
Dhr. Hugo Vrielynck, stichter 1966
Dhr. Jacques Roose 1966
Dhr. Xavier Demets 1967-1970
Dhr. Oscar Bolle, 1971-1976
Dhr. Paul Schotte, 1977-1982
Dhr. Jean-Pierre Van Acker, 1982-1989
Dhr. Paul Van Hees, 1990-1992
Dhr. Pol Van Acker, 1993-1997
Dhr. Dirk Plancke,1998-2002
Dhr. Guido Lefebure, 2003-2004
Dhr. Koen Declerck,2005-2007
Dhr. Paul Van Hees, 2008-2014 Dhr. Didier Vogels, 2015-nu
Vanwege het overlijden van oud voorzitter en stichter van de
zeilschool Dhr. Oscar Bolle is het moeilijk om met zekerheid correcte
informatie i.v.m. de beginperiode van de zeilschool op het spoor te komen.
Wel weten we dat in die jaren het wedstrijdzeilen hoogtijden vierde,
maar meer hierover in het volgende hoofdstuk.
Foto's: https://photos.app.goo.gl/iaYJ66u8qF6CuaHq7
Onder voorzitter Paul
Schotte werden enkele belangrijke veranderingen ondernomen. Mede dankzij
de competitieve successen van de club, kende de zeilschool terug een
bloeiperiode. Zodanig zelfs dat er ook van buiten Brugge zeilliefhebbers
de zeilcursus kwamen volgen en men zodoende een tweede week moest
inlassen. Ook kreeg men eind de jaren '70 de toelating van de BLOSO
A-brevetten uit te delen. Ook werd er werk gemaakt van het - reeds
vernoemde - nieuwe clubhuis, dat er overigens nog altijd staat, met de
hulp van zowel vak-mensen als de eigen leden. Daarvoor moesten leningen
aangegaan worden en om deze te kunnen afbetalen - en om de club zelf te
promoten - werd er werk gemaakt van het jaarlijkse galabal. Met
hetzelfde enthousiasme van de leden en de steun van Stad Brugge werd het
clubhuis in 2009 volledig vernieuwd.
Het voorzitterschap Dhr.
Jean-Pierre Van Acker kan als een rijke ervaring voor de club beschouwd
worden. 1982 wordt onder zijn impuls een herschikkingsjaar. De klemtoon
werd op de zeilerij gelegd, en specifiek op het individuele zeilen. Er
kwam ook een vast aantal bestuursleden, dat op 7 werd gehouden, en
aanvullend daarbij kwamen er twee jeugd verantwoordelijken, weliswaar
zonder stemrecht.
Ook in het clubboekje, 'Het Logboek', werden
grondige veranderingen doorgevoerd. Alles werd professioneler: er kwam
een nieuw logo, de fotocopies werden vervangen door drukwerk op steviger
papier met duidelijkere foto's en er werd gewerkt met sponsoring - en
dus reclame - teneinde de kosten te kunnen drukken. Voor dit alles werd
Jan Verstraete als verantwoordelijke uitgever aangeworven, wat ook
inhield dat hij sponsorende firma's moest contacteren.Naast
het organiseren van grote evenementen als Cutty Sark 'Sail Brugge' en
'Zeebrugge '85' werd de realisatie van een botenloods, na veel
besprekingen en onderhandelingen, een feit. Eind 1985 was de loods in
aanbesteding en op 29 augustus 1987 werd de 'Van Acker-Braet'-loods
officieel ingehuldigd, onder aanwezigheid van tal van oud-leden en
sympathisanten van de B.Z.Y.C. en vele hooggeplaatste personaliteiten
van de provincie en Stad Brugge.
De periode waar de Antwerpse Paul
Van Hees als voorzitter van de club fungeerde zet het goede werk van
Dhr. Van Acker voort. Het aantal leden schommelde rond de honderd,
waardoor de B.Z.Y.C. als een zeilclub Klasse 1 - minder dan 200 leden -
benoemd werd door de LBWB (Bijlage tot het Belgisch Staatsblad, 19 juni
1981). De club bezat in 1990 een armada van 17 boten (2 Capri's, 3
Vauriens, 1 Cadet, 2 Caravelles, 7 optimisten en 2 Dory's) en in 1993
werd ook de eerste Laser aangekocht. Dit alles naast de overige boten
van zijn leden die de club herbergde.
Ondertussen begon het
befaamde en bevreesde NS-Virus ook in de B.Z.Y.C. te woekeren, wat staat
voor Non Sailing Virus. Dit houdt in dat het aantal actieve zeilers in
de club steeds verder terugvalt. Voorzitter Pol Van Acker moest dit met
grote teleurstelling vaststellen en probeerde er (tevergeefs?) iets aan
te doen. Verschillende redenen werden gezocht voor dit fenomeen: lag het
aan de concurrentie van het nabijgelegen V.V.W., die met lagere
lidgelden en betere accommodatie de actieve leden wegkaapte of moest men
zich ongerust maken in het feit dat de jeugd van vroeger een dagje
ouder geworden was en er geen navolging was? Steeds meer leden kochten
zich een yacht aan en gingen verdere horizonten opzoeken.
Van
Acker en zijn bestuur richtten cursussen voor jongeren en volwassenen en
ludieke zeilactiviteiten in, schaftten het inschrijvingsgeld af bij
wedstrijden en lieten de lid- en liggelden onveranderd. De resultaten
lieten op zich wachten, maar in 1995 bleek het virus dan toch
overwonnen. De kinderen van de jeugd van toen werden zeilrijp bevonden
en werden aangemoedigd door het jeugdzeilen, een nieuw initiatief binnen
de club waardoor de kinderen begeleid kunnen zeilen zonder dat de
ouders steeds moeten toekijken. Zo'n 30 cursisten behaalden dat jaar hun
eerste graad en ook de volwassenen gingen enthousiast terug aan het
zeilen. Toch heb ik de indruk dat het NS-virus voor altijd zijn sporen
heeft nagelaten...
Onder de volgende voorzitters werd ingespeeld
op het feit dat vele leden zich een yacht kochten en die dan ook niet in
de B.Z.Y.C., maar in een zeehaven, legden. De club werd een plaats waar
men samenkomt om allerlei zaken te bespreken, onder jeugd- en
zeilvrienden samen te zijn en om de kinderen in een gemoedelijke sfeer
kennis te laten maken met de kleinzeilerij en hen zelf als kapitein te
laten varen. Toch bleven enkele fanatiekelingen bij hun passie voor
bootjes als de Fireball of de Vaurien. Dit alles resulteerde in
uiteenlopende activiteiten, waar ieder zijn zinnetje wel vond.De zeilwedstrijden en vaartrips
Reeds
van bij het begin werd er naast het pleziervaren ook competitief
gezeild. We vinden artikels i.v.m. wedstrijden op de Damse vaart, die
teruggaan tot in 1966. En de B.Z.Y.C. organiseerde die wedstrijden niet
alleen, ze nam er ook telkens aan deel.
Vooral tijdens de periode
1975-1986 kende de club vele - individuele - successen. Enkele malen
werd het merendeel van de Belgische zeildelegatie gekleurd met de Brugse
zeilkleuren en ook telde de club enkele Belgische kampioenen. Dit was
vooral zo bij de Cadetzeilers, ook het Cadet Squadron genoemd, die in
1982 dan ook de beker van de stad Brugge in ontvangst mochten nemen. Wat
de criteria waren om die prijs in de wacht te slepen zijn niet echt
duidelijk, maar we kunnen toch zeker stellen dat de B.Z.Y.C. op sportief
vlak veel betekende voor Brugge, dit is ook te merken aan de aandacht
die de club in de pers kreeg -dit in tegenstelling tot vandaag.
Omwille
van die (inter-)nationale successen werd de B.Z.Y.C. dan ook ettelijke
malen gevraagd door de Koninklijke Belgische YachtVereniging de
Belgische kampioenschappen te organiseren op het Veerse Meer (Zeeland,,
Nederland). De club ging daar tweemaal op in.
Een groot evenement
was dan ook het WK Cadet in 1983, ingericht door België op het
Grevelingenmeer (..., Nederland) en daaropvolgend het WK Cadet '84, te
Hongarije. Ook daar was de B.Z.Y.C. present en behaalde ze een mooie 28e
plaats op 40 deelnemende boten. Toch ging dat jaar in het algemeen de
interesse voor de (najaars-)wedstrijden wat liggen, zo ook bij de Brugse
Cadetten. Eén lichtpunt was de teamwedstrijd georganiseerd door WVD
Hombeek, waar 9 teams van elk 3 boten streden voor de overwinning. Het
seizoen '84 werd voor de Cadetzeilers afgesloten met het Cadet-O-Rama,
een samenkomst van zo'n 100 Cadetten en familieleden, met de bedoeling
de groepssfeer te optimaliseren. Het fanatisme van deze jeugdzeilers is
goed merkbaar als we er de trainingsdata van dat jaar op naslaan. Men
trainde tot 25/11/'84 en stond op 6/1/'85 in de vrieskou alweer paraat
als voorbereiding op een nieuw seizoen. Niet alleen het jeugdzeilen ging
goed, ook het volwassenenzeilen, pas echt ontstaan in de jaren '90,
vaarde wel. De daaropvolgende jaren namen zowel de de Brugse jeugd- als
volwassenenzeilers deel aan belangrijke wedstrijden in o.a. Zweden, het
Verenigd Koninkrijk, Nederland, Frankrijk en nog vele andere landen.
Maar
ook binnen de B.Z.Y.C. worden wedstrijden georganiseerd. Als een van de
belangrijkste en meest ludieke moeten we zeker de 18 uren race
vermelden. Deze werd soms ingekort tot 10 uren race omwille van het
slechte weer of de verminderde belangstelling, maar deze activiteit
blijft een publiekstrekker. Deze wedstrijd wordt door verschillende
(meestal club-) boten gevaren en het eindklassement wordt, zoals in de
officiële wedstrijden, via het handicapsysteem opgemaakt. Een ideale
gelegenheid voor zowel de jeugd als de ietwat ouderen om hun
zeilkwaliteiten tentoon te stellen en zich te meten met hun
vrienden-clubgenoten. En ook aan de kant is er altijd veel leven te
bespeuren. Vele tentjes worden op het terrein opgeslagen, spaghetti
wordt klaargemaakt, het aantal rondjes wordt geteld en men stoomt zich
klaar voor de fuif. Vroeger speelde het evenement zich vooral 's nachts
af, nu is dat uit praktische overwegingen, maar wel met een verlies aan
charme, verlegd naar een meer overdags gebeuren.
Daarnaast staan ook
de Woodcup (als eerste georganiseerd onder Jean-Pierre Van Acker) en de
B.Z.Y.C.-cup als vaste waarden op het programma.
Ook de Meitrips
zijn ondertussen een vaste waarde geworden in het clubgebeuren. Deze
zeilmeerdaagse werd voor het eerst georganiseerd in 1988 en kent nog
altijd een groeiend succes. Hiermee speelt het bestuur zeker en vast in
op het eerder vermelde feit dat de B.Z.Y.C.-leden zich doorheen de jaren
over de hele Belgische (en zelfs Nederlandse) havens zijn gaan
verspreiden. Zo onstond in 1988 de Meitrip, tot op heden nog steeds een
jaarlijks evenement en was in 2009 aan zijn 21ste editie toe. Op deze
tocht krijgt men de gelegenheid elkaar beter te leren kennen, en dit
eens in een andere - sportievere - context, en maakt men kennis met
elkaars yachten waar men anders zoveel over praat. Op deze manier kunnen
ook beginnende zeilers of leken kennis maken met de yachting en krijgen
velen dan ook de smaak te pakken.
Het socioculturele, niet enkel als randactiviteit
Het
mag duidelijk gesteld worden dat bij zeilen de 'nevenactiviteiten', de
activiteiten die zich niet op het water afspelen, zeer belangrijk zijn.
Net zoals in de beginjaren - en eigenlijk voorgeschiedenis van de club -
zijn ook nu nog plezier maken en het socioculturele element 'aan de
oever' één van de belangrijkste agendapunten van de club. Dit zowel voor
het sociale als het financiële. Dit is natuurlijk ook logisch, daar er
op het water zelf niet echt veel contacten kunnen worden gelegd, behalve
met de eigen bemanning. Daarnaast is het ook zo dat buiten het
zeilseizoen - november, vaak na de befaamde Antwerp-race, tot eind april
- het clubleven niet stilligt, integendeel. Het voorbije seizoen, en de
daarmee gepaarde avonturen worden besproken, komende zeiluitstapjes
worden gepland,de vele boten die tijdens de winter op het droge staan
krijgen af en toe een bezoekje van hun schipper, de opgedane zeilkennis
wordt uitgewisseld en natuurlijk slaat men de gelegenheid om te feesten
niet af.
Ik wil ook ingaan op de status die aan de zeilsport
wordt meegegeven. Wanneer leken aan zeilen denken, zien zij enkel rijke
heren voor zich, en daarom zou ik graag eens nagaan of dit wel zo is.
Daarom zocht ik artikels op omtrent de status die aan zeilen wordt
opgedragen én bekeek ik de ledenlijst naar de verhouding in geslachten.
Onder
de 148 leden zijn er 41 vrouwelijke en 107 mannelijke zeilfanaten.
Vergeleken met de vroegere jaren en aantallen valt die verhouding nog
mee, maar de oorzaak daarvan ligt waarschijnlijk bij het feit dat het
zeilgebeuren een 'familiesport' is geworden - aan het worden is - en de
man dus ook zijn vrouw en kinderen meeneemt naar de club. Dit kan
misschien wat cliché klinken, maar het grote merendeel van de
bootbezitters zijn wel degelijk mannen.
Zoals dus reeds vermeld
gaat elke activiteit op het water gepaard met een gebeuren aan het
water. De zondagen dat er jeugdzeilen doorgaat, gaan zo goed als altijd
gepaard met een babbel voor de ouders in het gezellige clubhuis. Zo gaat
dat ook voor de jeugdwedstrijden of -cursussen. Maar omgekeerd geldt
datzelfde principe; de kinderen zijn maar al te blij als ze mee mogen
naar de B.Z.Y.C. om met hun kameraden te spelen of in een bootje te
kruipen, terwijl hun ouders de knepen van het vak aan het leren zijn.
Daar is het zeilgebeuren nu eenmaal allemaal op gebaseerd, op het
niet-actieve, als ik het, met alle respect, zo mag noemen. Daarom is het
wel nodig dat er nieuwe stimulansen, uit allerlei hoeken, blijven komen
om niet langzaamaan dood te bloeden en zeker niet, niettegenstaande het
grote belang en de immense populariteit ervan, enkel op de activiteiten
buiten het water te leven.
Hoe dan ook, de B.Z.Y.C. is een plaats
waar men vrienden maakt voor het leven, die dezelfde interesses delen en
samen mooie dingen beleven.
50-jarig bestaan Brugse Zeil- en Yachtclub feestelijk gevierd
Geschreven op 25 oktober 2021 om 11:54 door Mario De Wilde
Afgelopen weekeinde was er het 50-jarig bestaan van de Brugse Zeil- en Yachtclub en dat werd gevierd op het stadhuis van Brugge. Geen gouden medaille, wel een gouden jubileum. En dat is ook heel wat waard. Franky Demon, Schepen van Sport Stad Brugge: "Normaal hadden we hier vorig jaar al moeten staan, maar Covid-19 gooide roet in het eten. En ook daarna hebben de viering nog een paar keer moeten in de vaccinatiekast zetten. Uitstel is echter geen afstel voor deze club en daarom heffen we vandaag het glas. De naam is misschien een klein beetje veranderd – van Brugse Zeil- en Yachtklub met een 'k' naar Brugse Zeil- en Yachtclub met een 'c' – maar de insteek is nog steeds dezelfde. Een hechte vriendengroep die naast zich amuseren op het water het ook aan wal plezierig wil houden. Op dat vlak is er – zo laat ik mij toch vertellen – niets veranderd met 50 jaar geleden. En zeggen dat het allemaal begon aan de Damse Vaart rond 1966. Maar het is op 10 december 1970 dat de B.Z.Y.C. officieel een vzw werd, waarbij ook de nodige statuten werden vastgelegd en de verhuis naar de Lodewijk Couiseaukaai plaatsvond. Daarna volgden nog heel wat memorabele momenten. En ik ben blij dat wij als Stad daar onze rol in hebben kunnen spelen. Met onder meer subsidies voor de volledige vernieuwing van het clubhuis in 2009."
"En meer recent nog in 2016 met de officiële opening van de haven en clubhuis in Zeebrugge. Daarmee heeft BZYC heeft zichzelf op de kaart gezet. Het kleine zeilclubje van Brugge is plots een belangrijke jachthaven aan de Belgische kust geworden. Dat mag ook symbool staan voor de jeugdigheid waarmee de club er blijft tegenaan gaan. Vandaar dat ik erop sta om jullie te feliciteren met het feit dat jullie 50 jaar 'jong' zijn. Het 100-jarige jubileum zal ik wellicht niet meer meemaken – toch niet als schepen van Sport, maar ik ben ervan overtuigd dat mijn opvolger dan met nog meer verhalen uit een rijke geschiedenis zal kunnen uitpakken. Nog eens proficiat!"